WANDELEN: Elswout

Het is 1 maart 2023, het begin van de meteorologische lente. Het belooft meteen een frisse zonnige lentedag te worden, een goed moment om weer eens op zoek te gaan naar stinsenplanten op landgoederen. Ik heb mijn zinnen gezet op de winterakoniet, die ik nog niet eerder bewust ben tegengekomen. De winterakoniet is één van de vroegste bloeiers, tijdens de tweede helft van de winter.

 

Toch een spannende naam. De ‘gewone’ akoniet (Aconitum) heeft de Nederlandse naam monnikskap, een uitermate giftige plant. De winterakoniet is wel verwant (Ranonkelfamilie), maar geen Aconitum. Het blad lijkt wel heel erg op dat van de monnikskap, vandaar. Ook de winterakoniet is giftig.

 

Waar is de kans het grootst om de winterakoniet te vinden? Op Waarneming.nl vind ik een landgoed, waar recent wel duizend exemplaren zijn geobserveerd: Elswout.

 

Landgoed Elswout ligt in Overveen, een dorp aan de rand van de Kennemerduinen tussen Haarlem en Zandvoort. Een end weg, je moet wat over hebben voor een primeurtje.

 

Kennemerland is ruwweg de kuststreek in Noord-Holland, van Zandvoort tot Schoorl, in tweeën gedeeld door het Noordzeekanaal. Het deel ten zuiden van het kanaal bestaat grotendeels uit het Nationaal Park Zuid-Kennemerland. Grote landgoederen zoals Elswout hielden de binnenduinen vrij van dichte bebouwing door het gewone volk.

 

Ik start bij Station Overveen, de enige halte op het spoorlijntje tussen Haarlem en Zandvoort. Terwijl bij vertrek uit Wageningen de zon al volop scheen, is het hier nog knap mistig. Ik passeer in het dorp de heuvel met Buitenplaats Belvédère en het Brouwerskolkpark. Het kalkrijke water van de Brouwerskolk was ooit zeer in trek bij Haarlemse linnenblekerijen en bierbrouwers. Aan de naam te zien trokken de bierbrouwers aan het langste eind. De straatnaam Ramplaan doet het ergste vermoeden, maar Ramp was slechts de naam van een regentenfamilie die zijn sporen heeft achtergelaten in het Ramplaankwartier van Haarlem.

 

Eenmaal buiten de bebouwing overal schimmen van knobbelzwanen in de mist en gekrijs van onzichtbare halsbandparkieten in de hoge bomen.

 

Op Landgoed Duinvliet volop lentebloeiers zoals gewoon sneeuwklokje, krokus, narcis en ik zie de eerste bloemknoppen van speenkruid (Ranonkelfamilie!), die wachten op de zon om open te gaan. Ook opvallend de plukken Italiaanse aronskelk met de wit geaderde bladeren. En de gevlekte aronskelk, deze keer met echte paarse vlekken.

 

Door het zeventiende-eeuwse poortgebouw betreed ik landgoed Elswout. Het landgoed heeft vanaf de zeventiende eeuw onder opeenvolgende eigenaren en naar de heersende mode verschillende bouwstijlen en landschapsontwerpen doorgemaakt. Het Grote Huis (eind negentiende eeuw) is nu een kantoorpand, het omringende landgoed is eigendom van Staatsbosbeheer.     

 

De hoge Hollandse lindebomen zijn gekortwiekt, een prachtig gezicht in de mist. Aan het eind van de twee lange, lange lindelanen – parasollanen – staat het negentiende-eeuwse landhuis. En onder de lindebomen bloeit een zee van winterakoniet met zijn groene bladkransen en gele bloembladeren. De verwantschap met speenkruid is duidelijk, maar de krans van drie ingesneden bladeren net onder de bloembladeren is karakteristiek. Missie volbracht! Iets verderop een perk met het lenteklokje (ook een primeur voor mij!), en hier en daar in het bos duikt daslook met zijn eerste bladeren op uit de bodem.

 

Een monumentale oranjerie (eind negentiende eeuw) langs de lindelanen met ertussen een ‘hertenbaan’, nu hertenkamp. Een beeldengroep ‘Valet de chiens’ van een knecht met twee honden. Hij moest de meute tijdens de jacht enigszins in bedwang houden. Langs de sokkel groeit trouwens een verwilderd exemplaar van de Napolitaanse cyclamen. Een Fazanterie waar fazanten werden gefokt voor de jacht in de duinen. Een prachtige wandeling langs waterpartijen, over houten Zwitserse bruggetjes, een kettingbrug, langs prieeltjes en mooie mosheuvels. Spechten, boomkruipers, boomklevers en holenduiven verzorgen de muzikale omlijsting. Bijzonder ook het huisje van Ka-Buur (Buurvrouw Kaatje). Een follie: van voren net echt, van achter een plat decorstuk.

 

Inmiddels is de mist opgetrokken en schijnt de zon niet alleen in Wageningen, maar in het hele land. De gebouwen en bomen komen tevoorschijn uit het mistgordijn.

 

Ik verlaat Elswout voor een wandeling door het Middenduin. Via de bossen van landgoed Duinlust kruis ik de spoorlijn en kom een routebordje tegen ‘Wisent Uitzichtpunt’. Daar ga ik nu niet naar toe, want ik heb de wisenten al eens kunnen aanschouwen op een wandeling vanaf de zeezijde (‘Zuid-Kennemerland’. In: Lustrum, 2017).  Heel bijzonder: Bizons in het Wilde Westen van de Randstad. De dieren klagen wel over het lawaai van Circuit Zandvoort.

 

Hier ligt in de duinen de Zanderij, een vlakte waar in het verleden duinen zijn afgegraven om met het zand te bouwen in Amsterdam en Haarlem. Tot eind twintigste eeuw werden er bloembollen gekweekt, tegenwoordig een bloemrijk grasveld. Nu nog grasgroen, maar wie weet welke achtergebleven bloembollen nog de kop opsteken.    

 

Ik maak even een zijsprongetje naar het Bezoekerscentrum De Kennemerduinen langs de Zeeweg die loopt naar Bloemendaal aan Zee. Het is er veel te druk op deze zonnige lentedag, maar ik sla toch even een blik op de mooie opgezette wisent.

 

Thuis laat ik trots de foto’s van de winterakoniet aan Marita zien. Trots laat zij mij een foto zien die ze net op haar wandelrondje in Wageningen heeft gemaakt: een winterakoniet! Oké, maar die van haar is maar een ordinaire tuinplant, die van mij een echte stinsenplant!

 


[Beeldverhaal]


Gepost: 16 Maart 2023

 

Mooisteroutes.nl: Oase in de Randstad (14 km)